Deel één en deel twee van dit korte verhaal kon je respectievelijk lezen op 14/10 en 21/10.
Hoofdstuk V.
En dan overvalt het hem. Ze had geschreven dat het boek anders was dan de andere. Er zaten meer autobiografische elementen in. Zijn blik verzacht en hij gaat terug zitten in de zetel. Bijna fluisterend stelt hij de vraag: ‘Was dat autobiografisch?’
Haar woedende blik maakt direct plaats voor verdriet. Verwoed knippert ze met haar ogen maar hij ziet toch de tranen. Ze gaat terug tegenover hem zitten en knikt voorzichtig.
‘Oh Sara, waarom heb je niets gezegd?’
Ze haalt haar schouders op. ‘Het is allemaal lang geleden. Het maakt niet zoveel uit. Het paste deze keer gewoon in het verhaal.’ Ze kijkt hem aan met een ondeugende blik. ‘Dus jij vindt mijn boeken niet leuk?’
Hij voelt de blos op zijn wangen en begint te stamelen: ‘Goh, tis te zeggen, niet leuk is veel gezegd, het is gewoon, …’
Ze proest het uit en opgelucht krijgt ook hij de slappe lach.
Wanneer ze enkele minuten later uitgelachen zijn, wordt Bruno weer ernstig.
‘Hoe gaan we nu verder?’
‘Hoe erg was het?’
Met een pijnlijke grimas herinnert hij de manier waarop hij de vragen van de journalisten ontweek.
‘Nogal erg. Ik vermoed dat ze niet echt doorhadden dat ik het boek niet geschreven, of gelezen had maar het was wel duidelijk dat ik iets achterhield.’
***
Daar waar ze zonet nog vredig lag te slapen, ziet ze hem nu teneergeslagen zitten. Het is misgelopen. Hij leest zijn eigen boeken niet. Het kan er bij haar nog steeds niet in. Tegelijk ziet ze ook een opportuniteit. Met dit boek had ze voor het eerst het gevoel dat ze misschien zelf wel naar buiten had willen komen. Er lag veel meer emotie in dan in de vorige boeken. Die eerste twee waren uiteraard ook al goed maar toch. Deze keer kwam het van dieper.
Ze kijkt hem geconcentreerd aan: ‘Misschien moeten we onze tactiek aanpassen?’
Hij kijkt op en de rimpel in zijn voorhoofd verraadt wantrouwen: ‘Wat bedoel je daarmee?’
‘Tja, jij hebt het gevoel dat je nu toch nog iets zal moeten uitleggen?’
Bruno knikt en wrijft met zijn vingers over zijn slapen.
‘En ik…’, ze twijfelt even maar zet dan toch door, ‘ik denk dat ik klaar ben om ook zelf eens naar buiten te komen.’
Nu kijkt Bruno angstig: ‘Wil je onze overeenkomst opzeggen? En verraden dat jij al die boeken hebt geschreven?’
‘Neen, neen’, ze sust hem geruststellend toe, ‘ik wil zeker niet alles veranderen. Jij toch ook niet?’ De twijfel slaat toe, wat als hij nu ineens ermee wil ophouden. Ze wil niet alle aandacht, hoogstens een beetje.
‘Neen, ik wil het zeker niet veranderen maar wat bedoel jij dan?’
‘Weet je nog hoe we samen aan het eerste boek werkten? Ik schreef, jij las, gaf commentaar, we bespraken de moeilijkheden?’
Er verschijnt een glimlacht op zijn gezicht.
‘Ja, toen moesten we nog niet doen alsof. We hadden geen idee dat dat jouw eerste meesterwerk zou worden. Toen dachten we nog dat we allebei boeken zouden schrijven.’
‘En we schreven samen aan dat éne boek. Alleen begrepen we het zo nog niet. Ik mis die nachtelijke discussies.’
Ze kijkt hem aan en gaat dan verder.
‘Misschien moeten we terug naar die werkwijze en daar naar verwijzen als uitleg bij dit derde boek. Als je nu zou verklaren dat je – om de visie van de vrouw beter te laten uitkomen – deze keer actiever samenwerkte met iemand. Dat die persoon liever niet te veel in de aandacht staat. Dat je daarom zo raar reageerde omdat je mij wou beschermen. Maar dat we nu merken dat we het niet kunnen verzwijgen. Dan geven we enkele interviews samen. Zo kan ik een beetje uit je schaduw treden. Een beetje hé, niet te veel.’ Dit laatste woorden doen haar terug twijfelen. Misschien wil ze het toch niet echt. Maar ze ziet aan zijn gezicht dat de geest uit de fles is, het idee is geland.
Bruno springt op en begint enthousiast rond te lopen. ‘Mmm, mmm, dat klinkt helemaal niet slecht. Helemaal niet. Dat zou het allemaal verklaren. En dan kunnen we blijven bestsellers schrijven maar dan eerder als een soort co-auteurs? Ja, ja, dat is eigenlijk een schitterend idee! En het is een geweldig verhaal voor de journalisten dus het geeft ook extra publiciteit aan dit en de volgende boeken!’
Zijn enthousiasme maakt haar twijfel alleen maar groter.
‘Ja misschien wel, maar laat ons er toch eerst nog een nachtje over slapen voordat we grote beslissingen nemen in het midden van de emotie?’
Hij knikt maar blijft heen en weer lopen en in zichzelf mompelen wat een goed idee het is.
‘Oké Sara, we slapen er een nachtje over en morgenochtend komen we terug samen. Om 10 uur bij mij thuis?’
Verwondert kijkt ze hem aan, hij lijkt nieuwe energie te hebben gekregen. Ze staat op en hij loopt naar de voordeur.
‘Morgen 10 uur.’ Hij neemt haar vast en geeft haar een onverwachte knuffel en fluistert dan: ‘Tot morgen.’
De voordeur slaat dicht en de stilte overvalt Sara. Ze blijft minutenlang kijken naar de dichte deur. Uiteindelijk doet ze de drie sloten er terug op en slentert als verdoofd naar haar slaapkamer. Twee uur later ligt ze nog steeds te staren naar haar witte plafond en de schaduwen die er op verschijnen telkens er buiten een wagen passeert.
Hoofdstuk VI.
Barstende koppijn, dat is al waar ze aan kan denken die ochtend. En ondanks dat neemt ze onmiddellijk haar gsm vast van zodra ze zich opricht in haar bed. Schermen zijn nochtans het laatste wat haar hoofd wil maar het is sterker dan zichzelf. Ze kijkt naar de boekenrubriek in haar eigen krant. Tot haar vreugde staat haar boek, of beter Bruno’s boek, erin. Vier sterren krijgt het. Dan heeft de voorstelling van Bruno toch geen grote schade aangebracht? Haar vreugdevolle stemming verandert snel wanneer ze de review leest. Vooral de laatste zin is pijnlijk. “De schrijver slaagt erin om een bijzondere feelgoodroman te schrijven. Het feit dat het boek volgens de schrijver geïnspireerd is op een eigen zomerliefde, doet wel vragen rijzen. Het is zeker geen ervaring waar je trots op kan zijn. Op de boekvoorstelling kon hij de vragen hierrond niet beantwoorden. Het blijft afwachten hoe zijn lezerspubliek op dit boek zal reageren.”
Ze heeft ook al drie berichten en een gemiste oproep. Bruno is wakker, het is amper 9 uur. Hij wil vandaag hun beslissing communiceren.
Hoewel ze gisteren heel even overtuigd was van het feit dat ze dit wilde, weet ze het vandaag niet meer. Het was eigenlijk wel rustig zo, geen berichtjes, geen telefoontjes. En moet ze zeggen dat er iets autobiografisch is? Kunnen ze het zo vertellen zonder dat blijkt wat ze heeft meegemaakt. Het is één iets om erover te schrijven door de ogen van een fictief personage, het is iets anders om bekend te maken wat je grootste trauma is.
Eerst een koffie.
***
Sara heeft geantwoord dat ze er om tien uur zal zijn. Om zeven uur is hij gaan joggen. Voor het eerst in een jaar tijd startte hij zijn dag met een koffie, zwart, zonder alcohol. Het voelt goed maar ook spannend. Daarna heeft hij het persbericht voorbereid.
Hij springt op wanneer de deurbel weerklinkt. Het geluid is zo onbekend dat het even duurt tot hij zich realiseert waar het vandaan komt. Er komt nooit iemand langs.
Sara ziet er doodvermoeid uit.
‘Heb je geslapen?’
Ze glimlacht voorzichtig: ‘Een beetje.’
Hij geeft haar een koffie en ze zitten in stilte tegenover elkaar aan de schoongemaakte keukentafel.
‘Jij ziet er wel fris uit.’
Hij kijkt haar ernstig aan.
‘Sara, je hebt me gisteren een idee gegeven dat me nieuwe energie gegeven heeft. Ik moet toegeven dat ik de weg een beetje kwijt was de afgelopen jaren. Het was moeilijk om mijn plek te vinden in deze overeenkomst. En jouw voorstel van gisteren geeft me perspectief. Het gevoel dat ik toch nuttig zou kunnen zijn, heb ik gemist.’
Ze kijkt naar hem met tranen in haar ogen en in die ogen ziet hij dat ze op dat moment haar definitieve beslissing neemt.
Ze knikt. ‘Daar ben ik blij om. Hoe gaan we nu verder?’
‘Ik heb een persbericht voorbereid. Lees het rustig door en pas het aan waar je wil. Ik zou Bart dan willen uitnodigen zodat jullie kunnen kennismaken. Na de verspreiding van het persbericht, kunnen we enkele interviews plannen en daarna starten we terug zoals we bezig waren. Maar dan anders.’
‘Maar dan anders.’ Ze lacht. ‘Dus na de interviews laten ze me met rust?’
Hij haalt zijn schouders op. ‘Jij bepaalt wat je wil.’
***
Ze loopt de grote supermarkt binnen, vanavond komt Bruno langs. Ze starten aan hun nieuwe serie. Bart heeft hen een nieuw boekencontract aangeboden, deze keer voor een trilogie. Het brainstormen over het verhaal is in volle gang en vanavond willen ze het verhaal van het volledige eerste boek duidelijk hebben zodat ze kan beginnen schrijven. Ze wil iets lekkers maken, zonder alcohol. Geen druppel heeft hij nog aangeraakt sinds de boekvoorstelling van ‘Zomerliefde aan het strand’. Iedereen vond hun verhaal geweldig en nu werken ze terug echt samen. Het vierde boek hebben ze samen geschreven hoewel vooral Sara de pen vasthield. Zijn kritiek was erg hulpvol waardoor hun vierde boek sterker was dan de vorige. Ze kijkt ernaar uit om samen deze trilogie vorm te geven.
Aan de boekenrayons staat een grote tafel in het midden met de bestsellers van het moment. Ze ziet de vier boeken liggen. Voor het eerst staat er onder Bruno Van Buren een tweede naam. Voorzichtig neemt ze één van de boeken vast en fluistert: ‘Sara Deroo’.
Prachtig verhaal. Wil meer van dat. Supergoed bezig 😊. 👏👏